De erosieparken hebben we achter ons gelaten, grote geulen in het ooit omhooggeduwde land. Tijd om te zien hoe ver de bijzonderheden ook boven land uitsteken.
Voordat we naar Lake Isabel trekken, bezoeken we nog even de Calico Ghost Town vlakbij Barstow, een oude zilvermijn waar lang zilver is gewonnen, maar waar de prijs van het zilver al jaren niet meer opweegt tegen de kosten van het delven. Een spookstad, maar dan eentje die goed is opgeknapt, vergelijkbaar met veel gebouwen aan de Route 66.
Maar het Zuiderzeemuseum is natuurlijk net zo goed in hedendaags onderhoud.
Met een extra dagje aan het Lake Isabel kunnen we rustig aan naar het Sequoia National Park. Via de zuidelijke route naar het Visiters Center, dan mooi via de westelijke route verder richting Yosemithe National Park. Onderweg ergens een bordje met 22 erop.
Peter “zag jij wat daar stond?”
Jenny “Nee”
Peter “Als het belangrijk was zien we het nog wel een keer”.
Enfin het was belangrijk, want bij de entee van het park vraagt een vriendelijke dame of we van zins zijn om de big trees te gaan bekijken. En of we dat van zins zijn! Welnu, dan moeten we even twee uur terugrijden om via de westelijke route het park te bezoeken, aangezien langs deze weg een maximale lengte geldt voor campers van 22 foot 8 foot korter dan die van ons. Maar op 4500 miles of waren het nu kilometers, maakt zo’n stukje niets uit.
De bomen zijn indrukwekkend en we zijn de omweg snel vergeten.
Twee dagen later doen we Yosemithe National Park aan, Jop schreef er in het dagboek het volgende over:
“Eén van de bekenste parken van Amerika hebben we vandaag bezocht, het Yosemite National Park! Het park staat bekend om zijn beroemde watervallen, zijn extreme grootte en de wilde dieren die er voorkomen. Al die drie dingen hebben wij meegemaakt. We hebben een wandeling gemaakt naar een waterval, en in de ontzettende mooie rivier die daaruit volgde hebben Peebe en ik ook nog gezwommen. Ook hebben we ongeveer 2 uur rondgereden door dit prachtige park, er waren veel bomen en je zag ook dat er een aantal branden waren geweest. Op een gegeven moment liep er een deer (zo’n hert die we al eerder hadden gezien) over de weg en gingen we stoppen. Iedereen wilde foto’s maken en er kwam een grote file. Ook waren er schitterende rotsen die gevormd waren na de ijstijd. De bedoeling was dat we in het park zouden overnachten, er waren namelijk 6 campings in het Yosemite. Helaas voor ons waren al die 6 campings helemaal vol en moesten we net buiten het park op een camping slapen.“
Maar kijk, pas toen we weer terug waren in Nederland wisten we hoe veel geluk we hadden gehad met al die volle accomodaties, iedereen attendeerde ons op de verhalen over het Hanta-virus dat daar rondliep terwijl we daar waren.
Na een prettige overnachting net buiten het park en een bezoek aan een lokale huistarts wegens Peebes swimmers ear kunnen we, met allemaal bloemen in ons haar full speed door naar San Francisco.